Voor het starten van deze activiteit is een Meldingsplicht van toepassing. U mag niet met deze activiteit (of een onderdeel daarvan) beginnen zonder dit ten minste 4 weken van tevoren te melden. U mag ook niet eerder dan 4 weken na de melding gaan starten. Het bevoegd gezag is zo altijd voor de start op de de hoogte van de activiteit. U dient de melding in via het Omgevingsloket. Door het invullen van de vragen controleert u of voor deze activiteit een informatieplicht, meldingsplicht of vergunningplicht geldt.
De afgezogen lucht moet bovendaks en omhoog gericht worden afgevoerd. Metalen moeten voor het schoonbranden vrij zijn van materialen die op een andere manier dan schoonbranden kunnen worden verwijderd. Er geldt een verbod op schoonbranden van lood, ge¯soleerde kabels, oliegekoelde transformatoren en metaaloppervlakken die zijn verontreinigd met halogeenverbindingen.
Bij het gebruiken van een elektrische oven worden de hieruit afgezogen dampen via condensatie of absorptie behandeld. Daarna worden ze teruggeleid naar de oven, waarbij er geen emissie in de lucht optreedt.
Bij het gebruik van een gasgestookte oven gaan de rookgassen uit de oven door een geschikte naverbrander. De naverbrander is zo ingeregeld dat:
de temperatuur tot het einde van de cyclus minimaal 850°C is.
de naverbrander op temperatuur is voordat het schoonbranden begint.
de verblijftijd van de rookgassen minimaal 2 seconden is.
de emissieconcentratie van koolmonoxide niet meer is dan 100 mg/Nm3.
Het temperatuurverloop van de gasgestookte oven en naverbrander worden continu geregistreerd.
Een gasgestookte oven voor het reinigen van producten van minimaal 5 ton geldt als een 'grote oven'. Aanvullend op de bovenstaande eisen voor kleine ovens voor het reinigen van producten van minder dan 5 ton, geldt bij een grote oven dat:
het zuurstofpercentage in de rookgassen na de naverbrander minimaal 6% is.
via beveiligingen is geborgd dat het schoonbranden niet kan starten als de naverbrander niet werkt. En dat uitschakeling van de naverbrander niet mogelijk is als de oven in bedrijf is.
de maximale belading van de gasgestookte oven is vastgesteld, en niet kan worden overschreden.
de nabrandtijd van de naverbrander vast is ingesteld op de waarde die in een controlemeting bij de maximale belading is vastgesteld. En voldoende is om bij maximale belading alle dampen te verbranden.
continue meting en registratie plaatsvinden van het zuurstofgehalte en het koolmonoxidegehalte van de rookgassen.
Bij het schoonbranden van metalen wordt aan de onderstaande emissiegrenswaarden voldaan. Deze emissiegrenswaarden gelden niet als de emissie de ondergrens niet overschrijdt.
Voor geur gelden bij deze activiteit geen Rijksregels. Check via het Omgevingsloket of uw gemeente aanvullende eisen stelt aan de geuremissie te verminderen.
Het afvalwater afkomstig van het nabehandelen van de emissie die vrijkomt bij het schoonbranden van metalen in een gaswasser wordt niet geloosd en moet als bedrijfsafval afgevoerd worden. Het afval moet worden afgegeven aan een erkende inzamelaar en de gegevens hierover moeten bewaard worden.
Onder het kopje 'referenties' vindt u een link naar de inhoudsopgave van de Rijksregels in het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). De activiteit 'Stralen van metalen' vindt u in paragraaf 4.14. Via de inhoudsopgave van het Bal kunt u deze selecteren.